‘Op ons reformatorischen wordt extra gelet’
Bennie Wijnne. Hij staat bekend als een vriendelijke en sociale ondernemer. Is politiek actief bij de SGP en een veel geziene gast op netwerkbijeenkomsten. Al decennialang werkt hij als accountant (vanaf 2002 in Barneveld), maar het had niet veel gescheeld of hij was melkveehouder geworden. Portret van een rasondernemer met visie. ,,Op ons ‘reformatorischen’ wordt extra gelet, omdat we vrij beslist zijn over wat wel en niet mag. We moeten onze geloofwaardigheid bewijzen en dat vind ik terecht.’’
Het is stil in huize Wijnne op deze koude en regenachtige maandagochtend in februari. Dat komt wel vaker voor, want op de jongste zoon na zijn alle kinderen inmiddels het huis uit. Hij heeft er al een afspraak op zitten deze ochtend: als fractielid van de SGP was hij te gast bij de officiële opening van Station Zuid, het nieuwe spoorwegstation aan de Valleilijn. Hij beleeft plezier aan deze én andere facetten van het werk als fractielid, vertelt hij. Het contact met mensen. Tijd en energie geven aan de gemeenschap. De belangstelling voor politiek bracht zijn vader op hem over, een man die de actuele mondiale en lokale maatschappelijke ontwikkelingen op de voet volgde.
Uit wat voor nest kom je?
,,Ik ben opgegroeid in het Gelderse dorpje Oosterwolde, waar mijn vader een boerderij had met 20 melkkoeien. Ik was de derde in het rijtje van zeven kinderen maar we zijn nooit met z’n zevenen geweest. Toen ik acht jaar oud was overleed mijn oudste broertje aan kanker. Hij was toen elf jaar oud. Als kind pakte ik de draad snel weer op, maar ik weet nog hoe verdrietig mijn ouders waren. We vormden een warm en hecht gezin. Mijn jeugd was veilig en stabiel. Mijn ouders stimuleerden ons om onze talenten te gebruiken en ondersteunden ons waar ze konden. Ik hielp mee op onze boerderij en wilde boer worden. Daarom koos ik ondanks dat ik goed kon meekomen op school voor de lagere en later de middelbare landbouwschool. Mijn belangstelling voor cijfers werd pas gewekt toen ik mijn middenstandsdiploma haalde. Na een cursus praktijkdiploma boekhouden ben ik op mijn negentiende bij een agrarisch accountantskantoor terechtgekomen. Via avondstudie ben ik later accountant geworden.’’
Vond je vader dat niet jammer?
,,Nee, dat heeft hij in elk geval nooit laten blijken. Hoewel hij ongetwijfeld ook vond dat ik meer in mijn mars had dan de lagere landbouwschool. Mijn vader stimuleerde ons in de dingen die we deden, ik denk omdat hij zelf graag meer had gewild. Dat projecteerde hij op een positieve manier op zijn kinderen. Ik heb het bedrijf van mijn vader trouwens nog wel overgenomen voor een aantal jaren, maar het was te klein om er van te kunnen leven en uiteindelijk heb ik het verkocht en ben ik full time in de accountancy gaan werken.’’ Het belang van goede verhoudingen werd Bennie al jong bijgebracht. Een ruzie wordt uitgepraat en bijgelegd. Of het nu in de familie is of met een buurman. Zelf is hij ook niet ‘van de conflicten’. Hoewel het soms wel noodzakelijk is om duidelijk te zijn. Dat heeft hij moeten leren, vertelt hij. Waar tijdens de opleidingen en cursussen die hij in het verleden volgde met name ‘kennis’ hoog op de agenda stond, leerde hij ook vaardigheden die hem helpen zijn valkuilen te vermijden.
Hoe zullen de meeste mensen jou omschrijven?
,,Als iemand die meer heeft met commitment dan met polarisatie. Als iemand die verbindt. Ik ben gevoelig voor een goede sfeer. De strijd aangaan is niet mijn sterkste kant, maar ik loop niet weg voor lastige beslissingen. In de politiek zal je mij niet snel betrappen op scherp optreden tegen een persoon. Wel op de inhoud.’’
Ondernemers hoor je wel eens zeggen dat ze het lastig vinden om in het reformatorische circuit aansluiting te vinden. Kan je je dat voorstellen?
,,Nee, eigenlijk niet. Reformatorische ondernemers staan midden in de wereld. Mijn indruk is dat ze de blik ook echt wel naar buiten hebben. Werk wordt niet aan geloofsgenoten gegeven vanwege die gezamenlijke achtergrond. Natuurlijk kan het wel een plus zijn als je dezelfde waarden deelt. Ik denk dat het binnen ‘onze club’ gaat zoals overal: je kent elkaar en als je je werk goed doet, dan wordt je werk gegund.’’
In hoeverre heeft jouw kerkelijke achtergrond invloed op hoe je je werk doet?
,,Integriteit is een kernwaarde. Dat mag je van elke accountant verwachten, maar zeker bij ons. Er wordt extra op ons gelet, omdat we vrij beslist zijn over wat wel of niet mag. Dan kan je verwachten dat je daar op wordt aangesproken. We moeten onze geloofwaardigheid bewijzen en dat vind ik terecht. Ik zie dat als een uitdaging. Ik heb overigens genoeg tevreden klanten die mijn politieke keuzes niet delen maar waar een prima relatie bestaat op basis van wederzijds respect.’’
Wat je weleens hoort is dat ondernemers naar de kerk gaan, maar het in het zakenleven wat minder nauw nemen met de regels die er zijn. Herken je dat?
,,Mensen die het minder nauw nemen met de regels kom je overal tegen, maar op ons wordt extra gelet. En terecht. Als je staat voor normen en waarden dan begint dat met jezelf er aan houden, anders wordt het volstrekt ongeloofwaardig. Er staat niet voor niets in de Bijbel: Vreest God, eert de koning. Wees dus de overheid gehoorzaam, ook al ben je het met de regel niet eens. Belastingontduiking bijvoorbeeld kan niet, voor niemand, maar zeker niet voor reformatorische ondernemers. Ik begrijp natuurlijk heel goed dat ondernemers met een drive het lastig vinden om tegengewerkt of afgeremd te worden door procedures van de overheid. En de roep om minder regels snap ik ook. Onze taak als accountant is om ondernemers te wijzen op de risico’s die je loopt als je de regels niet naleeft.’’
Waar geniet je van in je werk?
,,Het met mensen bezig zijn. Ondernemers een stap verder helpen. Conflicten oplossen. Daar kom ik mijn bed graag voor uit. Recent bijvoorbeeld hebben we een erfeniskwestie in der minne kunnen regelen na jarenlange strijd in een familie. Twee mensen, broer en zus, die lijnrecht tegenover elkaar stonden. Daar komen veel emoties bij kijken. Om dan te proberen ze in redelijkheid dichter bij elkaar te laten komen, is een mooi aspect van mijn werk.’’
Je bent raadslid, vader in een groot gezin en een drukbezet ondernemer. Hoe is dat te combineren in de 24 uur die er in een dag zitten?
Nou, met de drukte thuis valt het wel mee. We hebben zes zonen en een dochter en inmiddels zes kleinkinderen, maar alleen onze jongste zoon van 21 woont nog thuis. Ik heb nooit alleen met mijn eigen bedrijf bezig willen zijn. Dat is ook de reden dat ik ja heb gezegd toen het verzoek kwam om hier in Barneveld de SGP-fractie te komen versterken. Ik ben geen type die om zeven uur ‘s avonds op de bank wil gaan zitten. Dat kan om tien uur ook nog wel. De weekenden heb ik altijd vrij gepland voor mijn gezin en het nemen van de nodige rust. Lekker in de tuin werken, fietsen met mijn vrouw. En elke nacht zeven uur slapen is ook goed voor een mens!