Voor werkgevers en werknemers is het van belang op de hoogte te zijn van de regels omtrent privégebruik van de zakelijke personenauto. De belangrijkste wijzigingen voor 2026 en 2027 bespreek ik daarom in deze column.

Vanaf 1 januari 2026 verdwijnt de verlaagde bijtelling voor elektrische personenauto’s. De bijtelling voor het privégebruik van de elektrische personenauto wordt met ingang van 2026 berekend met het reguliere 22% tarief. Dat betekent dat het huidige verlaagde tarief uit 2025 (17% tot een cataloguswaarde van € 30.000) voor elektrische personenauto’s geheel komt te vervallen.

Het bijtellingspercentage dat wordt toegepast is gebaseerd op de datum van de eerste tenaamstelling en blijft gedurende een periode van 5 jaar geldig. Een werknemer die nog in 2025 instapt in een elektrische leaseauto kan hiermee maar liefst € 7.500 bruto aan lagere bijtelling gedurende het leasecontract besparen. Met deze versobering verdwijnt per 2026 voor werkgevers en werknemers de fiscale stimulans voor elektrisch rijden. De overheid geeft aan dat de markt voor elektrisch rijden door andere factoren moet aantrekken.

Eén van die factoren is de voorgestelde extra pseudo-eindheffing voor nieuwe personenauto’s met een verbrandingsmotor die aan de werknemer ter beschikking wordt gesteld voor privégebruik. Hierover betaalt de werknemer al 22% bijtelling. Voorgesteld is om per 2027 een extra heffing in te voeren van 12% over de cataloguswaarde van de personenauto. Deze zogenoemde pseudo-eindheffing is door de werkgever verschuldigd. Het is voor de werkgever niet mogelijk om deze heffing via een eigen bijdrage te verleggen naar de werknemer. 

Woon-werkverkeer wordt voor deze pseudo-eindheffing gezien als privégebruik (en dus niet als zakelijk gebruik zoals voor de berekening van de reguliere bijtelling). Hierdoor zijn werkgevers deze eindheffing ook verschuldigd voor fossiele personenauto’s die uitsluitend voor woon-werkverkeer worden gebruikt. De werkgever is de eindheffing niet verschuldigd als de personenauto geen CO2-uitstoot heeft en/of als de personenauto van de zaak uitsluitend zakelijk wordt gebruikt.

De pseudo-eindheffing gaat in op 1 januari 2027 voor fossiele personenauto’s die vanaf en na die datum aan de werkgever ter beschikking worden gesteld. Voor de personenauto’s die al voor 1 januari 2027 ter beschikking worden gesteld geldt een overgangstermijn tot 17 september 2030, zodat werkgevers tot die tijd niet met de extra heffing te maken krijgen.

Let op: Op het moment van schrijven van dit column betreft de pseudo-eindheffing een wetsvoorstel dat nog door de Tweede en Eerste Kamer moet worden goedgekeurd.

Marco van Voorst | Belastingadviseur
M: mvanvoorst@visser-visser.nl
www.visser-visser.nl